Nieuws

Ongeveer 10 jaar geleden nam Edmond Monfrance de juwelierszaak van zijn vader in de Brusselse Poort over. Zijn vader Servé Monfrance (waar de zaak ook naar vernoemd is) had al sinds 1986 een juwelierswinkeltje. Klein begonnen in de Frankenstraat aan de andere kant van Maastricht en groter gegroeid in de Brusselse Poort. De drive die zijn vader had, heeft Edmond met de paplepel ingegoten gekregen. Over die drive vragen we Edmond. Hoe is het om juwelier te zijn?

‘Het zit in onze genen, denk ik. Mijn familie Monfrance stamt af van de Franse calvinisten (de Hugenoten) en kwam vanuit Frankrijk naar Nederland. Hugenoten waren uitmuntende klokkenmakers en zeer bekwaam in het repareren van klokken en horloges. Later toen horloges nog klokjes hadden, gedreven door kleine radertjes, was het een vak op zich om deze te kunnen repareren. Edmond bekwaamde zich in dat vak, maar leerde ook goudsmeden en deed een opleiding voor juwelier in Schoonhoven. Met veel plezier werkte hij samen met zijn vader in de zaak, die naast horloges ook andere gouden en zilveren juwelen verkocht. Edmond volgde zijn passie en voelt zich op zijn 53ste gelukkig als bedrijfsleider én vennoot van de juwelierszaak van zijn vader.

Verbouwing later dit jaar
Toen de coronacrisis binnenviel, was het voor velen weer terug naar af. Hun zaak mocht wel openblijven, maar dan wel met allerlei restricties. ‘Dat maakt het zeker niet gezelliger, maar ik blijf positief en kijk liever vooruit. We waren al vergevorderd met de planning van de verbouwing van onze zaak, maar hebben die vanwege de crisis stopgezet. We hopen in september de draad weer op te pakken en de verbouwing daadwerkelijk door te voeren.

Het nieuwe winkelen
Onze winkel is open tussen 11.00 en 16.00 uur. We hebben onze openingstijden aangepast omdat mensen nog steeds niet echt mogen gaan winkelen. De horeca is dicht, gezellig is dus wel anders. Mensen gaan gericht boodschappen doen of komen heel gericht naar onze winkel voor een reparatie of voor een mooi cadeau. Door de crisis hebben wij 70% omzetverlies; daar moeten we heel wat voor verkopen om dat te boven te komen.’

Maar Edmond blijft positief en houdt zich aan de regels die zijn opgelegd. Voor de toonbank hangt een plexiglazen scherm om personeel en klanten te beschermen, lijnen over de vloer geven de anderhalve-meter-afstandsregel aan, handen worden veel vaker gewassen en mondkapjes zijn besteld. ‘We gaan verder, maar dan aangepast tot het weer wat soepeler kan. Gelukkig heb ik nog wat spek op de ribben om hier doorheen te komen. Voor mij mag de horeca open, zodat de gezelligheid in het winkelcentrum terugkeert. Het is in deze tijd van het nieuwe winkelen ook anders ondernemen… Maar we gaan ervoor!’